- beslissen
- {{beslissen}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [een besluit nemen] decide ⇒ resolve♦voorbeelden:1 hij kon maar niet beslissen • he just couldn't make up his mindhet lot laten beslissen • let fate decidede commissie zal spoedig over deze zaak beslissen • the committee will soon come to a decision in the matterten gunste/nadele van iemand beslissen • decide in favour of/against someonehet is aan u te beslissen • the decision is yoursII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [een bepaalde uitkomst doen hebben; besluiten] decide♦voorbeelden:1 dit voorval zou de wedstrijd beslissen • this incident was to decide the matchde zaak is (allang) beslist • the matter has (long) been decidedbeslissen of • decide/resolve whether
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.